Het is het corso van 2019 en de wagen ‘Marionetten’ van Alliance komt voorbijrijden. De vijf poppen staan stil en op het teken van de bazen beginnen de werknemers te trekken aan de touwen. De poppen komen tot leven, de hoofden gaan heen en weer. De armen en benen op en neer. Met grote ogen staan de mensen langs de kant te kijken, sommigen hebben zelfs kippenvel. Dat is wat beweging kan doen, een wagen tot leven brengen en spektakel geven aan het publiek.
Roy Stam is de techniekman van corsogroep Gaos. Hij houdt ervan om dingen uit elkaar te halen, want hij wil weten hoe het werkt. “Als ik iets zie dan denk ik eerst: hoe werkt het? Daarna ga ik pas denken of ik het mooi, handig of leuk vind.” In zijn werk is hij veel bezig met techniek en dat kan hij meebrengen naar de corsowagen van Goas, maar andersom ook. “Je leert bij de wagen heel veel over techniek en beweging. Je krijgt ook de kans daar tijd in te steken en als het niet lukt, dan probeer je gewoon weer opnieuw. Op die manier leer je echt veel.”
Uitdaging
Gaos kiest zijn ontwerpen nog nét niet uit op beweging. Maar de mannen en vrouwen van Roy’s corsogroep zijn échte liefhebbers van techniek. Tien van de dertien wagens die de groep bouwde had beweging, een mooi gemiddelde. Ook de moeilijkheidsgraad van de techniek is omhooggegaan. Met de wagen van 2019 als hoogtepunt. “Wij houden van een uitdaging”, zegt Roy daarover. “De walvissen van ons ontwerp ‘Reusachtig’ moesten het echt hebben van de beweging. Ze moesten voorbij komen zwemmen en dat was absoluut een uitdaging om te maken. Wij zijn met een paar man gaan zitten en dan is het rekenen, in een 3D-programma zetten, constructie bedenken en weer uitrekenen. Je moet ook nog kijken naar het maximale momentum dat er op de constructie en techniek kan komen te staan. Als laatste kijken we dan naar hoe we hem gaan laten bewegen. Hoe zwemt een walvis eigenlijk? Welke slagen maakt hij? Op basis van al die elementen bedachten we de techniek.”
Halverwege het bouwproces
Op het moment dat het ontwerp is gekozen, of eigenlijk al daarvoor, beginnen ze bij Gaos te kijken naar de beweging en hoe dit moet functioneren. De plannen in werking laten treden, gebeurt een stukje later. “Ongeveer halverwege het bouwproces beginnen wij met de techniekploeg aan de beweging. Bijvoorbeeld nu bij onze wagen ‘Aapjes kijken’. De eerste apenkop is af en we zijn begonnen met de bananen. Beide zijn dit jaar belangrijke onderdelen van onze beweging. Nu ze vorm krijgen, kunnen wij beginnen met opmeten en aan de hand daarvan weten wij precies met welke getallen we moeten werken. Het plan is er al langer, maar soms wordt er toch iets afgeweken van de maquette. Dan is het goed om even na te meten.”
Meerwaarde
‘Figuratie en beweging moet je alleen doen als het meerwaarde heeft.’ Het is een vaak gehoorde kreet en bij Gaos zijn ze het daar roerend mee eens. Alleen ja, beweging heeft gewoon vaak een meerwaarde voor hen. “Om maar bij ‘Reusachtig’ te blijven, daar was de beweging noodzakelijk. De wagen was zonder ook mooi, maar door de beweging werd je bij wijze van spreken zesde in plaats van achtste. De beweging gaf het een ‘WOW-effect’ mee. Dat had ik zelf ook. Ik had die beweging al wel duizend keer gezien en getest. Ik wist precies wat het moest zijn, maar toen ik hem voorbij zag rijden, kreeg ik toch kippenvel en dat kwam door de beweging. Als het gewoon een stil beeld was geweest, was het ook een hele mooie wagen geweest. Maar dan mistte het de finishing touch. Beweging geeft dan het extraatje, dat je wordt getriggerd langer naar een corsowagen te kijken.”
Hydrauliek vs mankracht
Roy heeft een voorkeur voor mankracht in plaats van hydrauliek en dat heeft meerdere redenen. “Hydrauliek is ontzettend sterk en je hebt er veel minder ruimte voor nodig in de wagen. Daar is het vaak al best vol, dus dat is echt een voordeel. Maar hydrauliek is ook best duur en gevoelig. Plus het kan stuk gaan en dat wil je niet, want dan haal je niet het optimale uit je ontwerp.” Daarom zet Roy liever mankracht voor beweging in. “Het is een stuk flexibeler en mensen gaan niet zo snel stuk. Stel het is te zwaar, dan zet je er gewoon een tweede persoon bij. De beweging is daarnaast met makkelijke onderdelen gemaakt, dus geen moeilijke technieken. Wij gebruiken vaak contragewichten of hefbomen. Dat zijn eenvoudige, betrouwbare technieken. Het nadeel is wel dat contragewichten veel ruimte in beslag nemen en dat het extra gewicht geeft in de wagen. Daarom was bijvoorbeeld het opzetstuk van ‘Reusachtig’ een dikke 5,5 ton, met minimaal 1,5 ton aan contragewicht. Dat is ook niet ideaal.”
Eenvoud in beweging
Hoe, op het oog, eenvoudiger de beweging, hoe meer voldoening Roy eruit kan halen. “Ik houd van eenvoud in de beweging. Het moet makkelijk te bedienen zijn. Dat iemand binnenin de wagen heel simpel een buis van links naar rechts beweegt en dat dan duizenden mensen aan de kant kunnen genieten van een hele kop die beweegt. Ja, dat vind ik mooi, dat geeft een kick. Ook voor mij.” Maar het allermooist aan beweging is het unieke, vindt Roy. “Je kunt duizend corsowagens bekijken, maar er zal er geen een zijn die precies zo werkt en beweegt als die van jou. Ja, dat is mooi toch?”